donderdag 26 juni 2014

Estland - mooie uithoek van Europa.

'Op zondag 15 juni om 15.30u. kom ik met de boot vanuit Zweden in Tallinn aan'. Weinig meer woorden schreef mijn goede Duitse vriendin Karen, vroegere partner-collega in de DDR, op een mailtje. 'Aha. Dan weet ik het wel'. Haar geheel eigen manier om iemand, mij, uit te nodigen me in haar gezelschap te begeven. Er gaan tijden voorbij dat we elkaar niet spreken en al helemaal niet zien, maar iedere keer blijkt opnieuw dat we belang in elkaar stellen. Zo wist ik dat ze niet zomaar naar Tallinn ging. Het had iets met haar familie, met waar ze vandaan kwam te maken, op de een of andere manier.

In de DDR-tijd was het praktisch niet mogelijk om te reizen. Dus ook niet daarheen. Tot nu toe was het er nog niet van gekomen. Ze wilde wel eens zien en voelen uit welke gebieden ze eigenlijk afkomstig is. Graag wilde ze dat met iemand die haar na staat delen. Reisje naar Estland dus. Meer precies naar Tallinn, de hoofdstad. Geen idee. Geen idee wat daar te vinden is. Niet voor mij, maar zeker ook niet voor haar. Wel apart om zo op reis te gaan. Wel een beetje voorbereiding, maar niet heel veel. Op weg met het idee: 'ik zie wel, ik loop vanzelf tegen dingen aan die me interesseren of waar je hoe dan ook niet omheen kunt'. Een week is niet veel. Met veel meer ervaringen en beelden kom ik echter thuis dan ik verwachtte.

Balten-Duitsers
Nooit van gehoord, maar daar komt zij dus uit voort. Hoezeer ze voor haar eigen gevoel vandaag Mecklenburgerin is. Voor mij allereerst een aanraking met termen uit de geschiedenis die me niet fris in de oren klinken: 'Heim ins Reich' en 'heimatvertrieben' te zijn en dondersgraag wel weer terug willen. Desnoods dwars tegen heersende gedachten in. Reactionair noemde ik dat vanuit de afstand. Dat hier familie-geschiedenissen van gewone mensen aan de orde zijn, liet ik niet tot me doordringen. Dit om te beginnen.
Dat er zoiets als Balten-Duitsers bestaan. Zoals gezegd: nooit van gehoord. Karen's familie hoorde daartoe. Het hield op in 1939. Als gevolg van het Molotow-Ribbentrop-pact tussen Hitler en Stalin. Ze moesten heim ins Reich, het gevolg aan en vanuit Duitse zijde, maar ook vanwege dreigende en vanaf 1940 feitelijke binnentocht van Russische militaire voorzieningen. Karen's vader was nog een kind. Grootvader was Luthers predikant in Tallinn en voorheen, tijdens de Russische Revolutie, in St.Petersburg. Hij was nog naar bijeenkomsten met Lenin geweest. Had echter niet het idee dat de wereld daar nou op moest zitten wachten.
Het hield dus op in 1939. Niet alleen voor haar familie. In principe alle Balten-Duitsers moesten heim ins Reich. Een 700-jarige geschiedenis van Duitse dominante invloed eindigde. Niet van Duitsland als staat, maar van Duitsers. In de dertiende eeuw was er de Duitse Orde die de heidense Esten kwam kerstenen. Tevens de macht kwam uitoefenen. In cultuur en economie. Is nog te zien in Tallinn. Een duidelijke bovenstad op een rots en een benedenstad eromheen. Weliswaar door de Russen in midden-veertiger jaren gebombardeerd. Helemaal in middeleeuwse stijl weer opgebouwd. Duitsers beheersten de handel en grootgrondbezit verder in het land. En de Esten? Moesten maar zien dat ze in leven bleven. Natuurlijk waren haar grootouders en ouders haar dierbaar gebleven. De onderdrukking van Esten was niet direct aan hen te wijten. Ze waren er wel mee begaan.We zagen het huis van de familie. De kerk waar hij predikant bij was, schuin tegenover. Een van de torens die de bijzondere skyline van Tallinn uitmaken. Bijzonder vanaf zee, als je aan komt varen. Bijzonder vanwege het panoramische uitzicht vanaf de bovenstad over de baai en de benedenstad. Bijzonder in de zin van feestelijk, groots.

Tallinn vandaag
Een stad dus met een duidelijk beneden- en bovendeel. Binnen de oude muren waarvan veel nog overeind staat. Een groot plein in het midden met een Raadhuis en ontelbaar vele restaurantjes met hun terrassen. Zeker in het weekeind groepen Japanners en anderen die achter iemand aanlopen met een paraplu omhoog of iets dergelijks. Afkomstig van een van de vele Cruise-schepen die Tallinn aandoen. Bij vele terrasjes jonge mensen in gekleurde kleding die je het terras op proberen te loodsen, omdat er lekker te eten zou zijn. Alleen daar. Veelal restaurantjes met Estisch, maar ook duidelijk met Russisch eten. Naast een Indisch, een Italiaans en een Thais restaurant. Dit gaat zo door tot in verschillende straatjes rondom dit plein. Eten van goede kwaliteit en niet al te duur, zoals we vaststelden. Vriendelijke bediening in het algemeen.
Kom je van het vliegveld dan rijdt de bus dwars door een economische zone van behoorlijke afmetingen en diverse zeer hoge gebouwen van allerlei soorten glanzend materiaal gebouwd. Met soms oudere bebouwing er tussendoor waar zo'n toren tegenaan is geplakt. Veel schreeuwende reclame, al op het vliegveld. Je moet daar door de hele duty-freeshop heen lopen, voordat het weer wat rustiger wordt en je weer kunt ademhalen. Dan wordt de huiskamersfeer zo ongeveer aangewend voor de wachtruimten bij de ca. 15 gates die het vliegveld kent.

Infrastructuur
Het vliegveld ligt niet zo heel ver van het oude centrum. Zoals ook de haven en het station eigenlijk zelfs op loopafstand buiten dat oude centrum gelegen zijn. Een haven voor de verschillende cruiseschepen en de schijnbaar wel 40 veerboten per dag naar Helsinki. Het Baltische Station is een betonblok met beneden een supermarkt en diverse loketten: postkantoortje, ticketbalie, grenswisselkantoor en een bagagedepot dat net opgehouden heeft te functioneren. Een drietal ticketloketten, maar een kaartje koop je in de trein. Boven staan allerlei ruimten leeg, zij het met kennelijke plannen voor een invulling. Het is het centrale station, maar er lijken enkel regionale treinen te rijden, zij het gloednieuwe treinen. Het Estse spoorwegnet is niet erg uitgebreid: 968 km, waarvan 132 km geëlectrificeerd. Je kunt twee keer per dag naar St. Petersburg en een keer naar Moskou, een nachttrein. Maar je kunt zelfs niet rechtstreeks naar Riga, de dichtstbijzijnde andere grote stad, hoofdstad van Letland. Laat staan dat je verder naar het Westen kunt. Naar Warschau bijvoorbeeld. Het spoor is nog geënt op de Sowjettijd die Estland 50 jaar meemaakte. Ook wordt gereden op het iets bredere Russische spoor. 1520 mm in plaats van het Europese 'normaal'spoor van 1435 mm. Dus vanzelfsprekend is het allemaal niet om aan het spoor te bouwen kennelijk. Een HSL-lijn naar het Westen is wel in de maak. In 2001 is het besluit tot de Rail Baltica genomen. Ondanks EU-subsidie is het plan dat de lijn er pas in 2024 zal zijn. Haast wordt er niet mee gemaakt. Dat ligt anders met de wegen.

Russische invloeden
Ongeveer 30% van de Estse bevolking is Russisch-sprekend en van Russische komaf. In de meest oostelijke, aan Rusland grenzende provincie (de stad Narva onder anderen) is het bijna 100%. Ook in Tallinn is een groot percentage Russisch-sprekenden te vinden. Op veel plekken vindt je het Russisch naast het Estisch dat samen met Fins en Hongaars tot de Finoegrische talengroep behoort. Op alle menukaarten bijvoorbeeld, in de winkels en in de uiteenlopende toeristische folders.
Naar het schijnt is niettemin het Estisch nog altijd de enige officiële taal. Sinds in begin negentiger jaren de Sowjet-Unie in elkaar klapte en de Estische Socialistische Sowjet Republiek weer Republiek Estland werd lag hier een probleem. De Esten beschouwden de aanwezige Russen als bewoners van de voormalige Sowjet-Unie en beslist niet automatisch als mensen met de Estische nationaliteit. Die kon je pas krijgen, als je Estisch kon spreken en schrijven. Het Estisch was weliswaar niet verboden in de Sowjet-tijd, maar speelde hooguit een secundaire rol. Russisch was aan de orde. Er zijn dan ook een heleboel Russisch-sprekenden zonder de Estische nationaliteit, ja zonder enige nationaliteit en dus statenloos. De versoepeling kwam later, mede onder druk van de EU, tot stand. Na 1992 in Estland geboren kinderen hebben automatisch de Estische nationaliteit. Ze worden wel geacht om Estisch te leren.
Waar komen al die Russen vandaan? Waarom zijn ze er? Feitelijk in Estland, omdat na de oorlog honderdduizenden voor de Russen wegvluchtten de wijde wereld in. Daarnaast werden er evenveel opgepakt en naar de diverse Russische werkkampen weggevoerd, waar velen niet vandaan thuis kwamen. Grote gaten ontstonden dus in de samenleving. Vandaag leven er zo'n 2 miljoen mensen in dit land. In veel gevallen kwamen Russen op vrijwillige basis naar Estland waar vaak toch wat meer te eten viel en meer verdiend kon worden. Maar er was ook sprake van de russificeringspolitiek die de Sowjet-Unie overal hanteerde om een grotere eenheid in de Unie te krijgen (vergelijk de Ukraïne).  

Bezettingsmuseum
Vanaf het Raadhuisplein - daar komt alles samen - loop je langs de VVV van Tallinn verder tot een immens rond plein waar ook het afschuwelijke nationale moment van massief glas staat en gaat naar rechts over een door bomen omzoomde straat met een parkzoom tussen de rijstroken. Al gauw doemt een modern glazen gebouw op: het Bezettingsmuseum. Tussen alle afmetingen van vluchtelingen-koffers door loop je naar binnen. Een prima museum qua museum. Je krijgt een heldere indruk van wat Esten sinds de veertiger jaren van de vorige eeuw doormaakten en wat ze allemaal 'bezettingstijd' noemen. Bezetting van de Republiek Estland die sinds 1920 bestaat. Voortkomend uit de woelingen van de Russische revolutie. Maar dan vooral in de zin van het eindelijk kunnen afschudden van een lange Russisch-tsaristische overheersing, door Duitsers in de praktijk uitgevoerd. Een einde aan eeuwenlange onderdrukking van diverse zijden (ook van tijd tot tijd Denen, Zweden, Polen) en geen recht hebben op een eigen bestaan.
Als er iets is dat een rol speelde in de decennia van een hernieuwde overheersing van verschillende zijden, is het deze lijn wel die Esten zien lopen door hun geschiedenis als onafhankelijk land. Het Molotow-Ribbentroppact bracht de Russen, nu de Rode Russen, naar Estland om gebruik te maken van de kusten ter verdediging tegen een toch mogelijk geachte opmars van Duitsers. Toen die kwamen in 1941, dachten Esten over hen als bevrijders. Die zouden hen van de Russen komen bevrijden. Ze wilden hen maar al te graag daarbij helpen en boden zich aan aan Wehrmacht en Waffen-SS. Toen meer en meer duidelijk werd dat ook zij niets dan een bezetting in de zin hadden, ging er wel wat kapot in het zelfbewustzijn van dit volk. De bijna vijftig jaar deel uitmaken van de Sowjet-Unie maakte alles niet beter.
Steeds werden er op de een of andere manier pogingen gedaan vanuit een soort 'Nationaal comité Republiek-Finland' om terug te keren tot die onafhankelijkheid. Tegelijkertijd zullen er toch ook Esten geweest zijn, onder anderen verzameld in de Communistische Partij van Estland, die de vorming van de Socialistische Sowjet-Republiek Estland zagen als een goede zaak? Verschillende Russische Esten van vandaag hebben dan ook het gevoel dat hier geen sprake is van bezetting, maar van een vrijwillige stellingname. Dat is het lastige van dit op een bepaalde manier zeer eenzijdig te noemen museum. Het museum is van hen die zo denken. De officiële lijn vermoedelijk. Maar kijkt iedereen in Estland er zo tegen aan? Zijn het alleen Russische Esten die zo niet denken? Op dit type vragen geeft het museum niet alleen geen antwoord. Deze vragen worden ook niet gesteld. Wat dit museum wel duidelijk maakt is dat dit mooie land in een uithoek van Europa een ingewikkelde geschiedenis heeft.

Han Dijk.